Veel honden gaan geregeld naar de trimmer en dierenarts waarbij verschillende aandachtspunten routinematig bekeken worden. Toch willen we je adviseren om je hond een goede algemene verzorging te geven. Door te letten op verschillende punten kun je een hoop narigheid voorkomen. De aandachtspunten die we gaan bespreken zijn de ogen, oren, tanden en poten. Uiteraard zijn er meer belangrijke punten, maar we leggen in dit artikel enkel de basis. Door dit artikel te lezen en je aan de controles te houden kun je aandoeningen als oog- en oorontsteking voorkomen. Daarnaast voorkom je kloven, irritatie ter hoogte van de poten en dat je hond onder narcose moet voor een tandsteenbehandeling.

Ogen
De ogen hebben geen standaard verzorging nodig maar dienen wel gecontroleerd te worden. Elke vorm van irritatie kan aan de basis liggen van een ontsteking of beschadiging. Ten eerste is het aan te raden om erop te letten dat er geen haren in de ogen prikken. Ras-afhankelijk zien we veel verschil in de beharing rond de ogen, knip haren die irritatie aan de ogen kunnen veroorzaken altijd weg. Ook vreemde materie zoals zand kunnen de basis vormen van irritatie aan de ogen. De eerste tekenen van een oogontsteking zijn verhoogde oogvloei (streepje vocht vanuit de binnenste ooghoek over de vacht naar beneden) en roodheid van het oogwit. Wanneer deze eerste tekenen optreden kun je zelf nog proberen in te grijpen. Je gebruikt een schone zakdoek of tissue (ongeparfumeerd) met wat afgekoeld gekookt water en wrijft van de zijkant in het oog naar buiten. Voorkom dat je juist vuil het oog binnen brengt. Indien de roodheid toeneemt en/of de doorzichtige/waterige uitvloei dikker word, neem dan contact op met je dierenarts. Wellicht zijn er ontstekingsremmers nodig of antibiotica in geval van een bacteriële infectie. Het kan ook zijn dat er een beschadiging is die hersteld moet worden. Laat je hond niet te lang met deze klachten rondlopen, in het geval van een oogontsteking kan dit ernstige consequenties hebben.

Oren
De oren kunnen in tegenstelling tot de ogen wel enige standaard verzorging gebruiken. Afhankelijk van het ras, levensstandaard en de leeftijd is er veel of weinig verzorging nodig. Probeer minimaal één keer per week eens goed in de oren van je hond te kijken. Je dient te controleren op haren die in de oren naar binnen groeien en op vuil in de oren. De haren in de oren kun je het beste weg plukken,  indien de hond dit niet toe laat kan er geknipt worden maar dat zal dan vaker moeten gebeuren. Vervolgens maak je de oren schoon met een droog of vochtig doekje (ongeparfumeerde zakdoek/keukenpapier). Gebruik geen wattenstaafjes om dieper de oren in te gaan, tenzij op advies van de dierenarts. Je duwt het vuil dan eerder naar binnen dan dat je het eruit haalt en er is kans op beschadiging ondanks de diepe gehoorgang. Wrijf met het doekje goed achter de randjes in de oren om het oorsmeer goed te verwijderen. Zoals eerder aangegeven hebben bepaalde honden meer kans op oorontsteking, onder die omstandigheden dien je extra te controleren. We hebben het dan over honden met hangende oren, honden die veel zwemmen en oudere honden. Wanneer meerdere van deze kenmerken bij je hond aanwezig zijn dien je extra alert te zijn. Indien je wekelijks of zelfs dagelijks veel vuil uit de oren haalt is het tijd om een bezoek te brengen aan de dierenarts, mogelijk is er sprake van een oorontsteking. Oren kunnen bewoond worden door verschillende organismen. Deze kunnen ook jeuk veroorzaken, dus ook wanneer de hond veel vaker dan voorheen aan de oren krabt of veel schudt met de kop is het belangrijk dat je de oren laat nakijken bij de dierenarts. De dierenarts kan met een otoscoop dieper in de oren kijken en zo zien of het oor beschadigd is of bewoners heeft en zo nodig behandelen.

Tanden
Aan de verzorging van de tanden wordt nog altijd te weinig aandacht besteed. Veel honden komen al op te jonge leeftijd met tandproblemen bij de dierenarts en krijgen het advies om de tanden te laten reinigen of zelfs te trekken. Honden moeten hiervoor onder narcose. Narcose is tegenwoordig vrij veilig maar toch voorkomen we dit liever. Het onder narcose gaan voor een gebitsbehandeling kan in veel gevallen voorkomen worden.

Het ontstaan van tandsteen bij honden gaat ongeveer volgens hetzelfde principe als bij mensen, maar de gevolgen zijn anders. Tandsteen ontstaat doordat bacteriën zich innestelen tussen twee tanden tegen het tandvlees aan, van daaruit breidt de massa bacteriën zich uit. Ze vormen eerst een zachte massa, namelijk tandplak. Deze kolonie van bacteriën gaat vervolgens bestanddelen uit het voedsel/speeksel opnemen om harder te worden, op deze manier verandert het tandplak in tandsteen. Tandplak is weg te poetsen maar tandsteen niet! Vanuit deze woekering wordt er steeds meer tandsteen gevormd. Tandsteen zorgt bij mensen vaak voor gaatjes, bij honden komt dit zelden voor. Bij honden zien we dat het tandvlees wordt aangetast en de tand steeds verder bloot komt te liggen waardoor deze steeds losser komt te zitten. Het tandvlees raakt ontstoken en ter hoogte van de blootliggende wortel zitten veel zenuwen die pijnprikkels doorgeven. In een verder gevorderd stadium gaat de hond er dus zeer veel last van krijgen. Als baasje heb je dus de taak om te voorkomen dat het tandplak tandsteen wordt, er bestaan verschillende methodes die goed te combineren zijn:

  • Tanden poetsen: We willen dit echt ten zeerste aanraden, door dagelijks of om de dag de tanden van je hond te poetsen voorkom je een hele hoop narigheid op latere leeftijd. Daarbij vinden veel honden het helemaal geen onplezierige ervaring. Er bestaan vele tandpasta’s voor honden, het is belangrijk speciale tandpasta te gebruiken omdat de hond niet te veel fluoride binnen mag krijgen. Fluoride is al in lage dosis giftig voor honden, gebruik dus zeker geen menselijke tandpasta. Daarbij bevatten veel hondentandpasta’s een lekkere smaak wat het prettiger maakt voor de hond. Het mechanische effect van het poetsen is het belangrijkst, zorg dat je alle hoeken goed mee neemt. Zoals eerder uitgelegd begint de bacteriële woekering ter hoogte van de basis van de tand tegen het tandvlees, houd dit in je achterhoofd tijdens het poetsen. Wanneer het tandvlees gaat bloeden betekent dit dat het tandvlees al licht geïrriteerd is, ga door met poetsen en je zult zien dat het bloeden na een aantal weken minder zal worden. Om de heling van het tandvlees te stimuleren kan een ‘goede’ tandpasta zeker uitkomst bieden (laat je adviseren bij dierenarts of dierenspeciaalzaak).
  • Kauwstaafjes/kauwbotten: deze kunnen helpen de tanden gezond te houden. Hoe langer de hond hiermee bezig is hoe beter, de hond zal de staafjes tussen de kiezen nemen bij het kauwen waardoor het mechanische effect optreed. Het tandplak komt los en wordt mee ingeslikt. Vergeet niet dat deze kauwstaafjes vaak veel calorieën bevatten en je dus iets minder voeding dient te geven. Kauwstaafjes zijn dus goed voor de tanden maar ze kunnen het tandenpoetsen niet vervangen. Daarbij vinden niet alle honden de staafjes/botten interessant en is het niet aan te raden om nog eens extra calorieën te geven aan honden die al met overgewicht kampen.
  • Brokken: Er zijn ook bepaalde brokken die de gezondheid van de tanden waarborgen. Ze zijn harder dan de standaard brokken waardoor de honden harder moeten kauwen en zo het mechanische effect tewerkstellen. Daarbij kan de vorm meespelen waardoor de brokken beter in de hoeken, waar de bacteriële woekeringen ontstaan, komen. Hier willen we aan toevoegen dat brokken ook beter zijn voor de tanden dan blikvoeding vanwege het mechanische effect.
  • Mondspoelingen: Er bestaan speciale mondspoelingen die aan het drinkwater van de hond kunnen worden toegevoegd. Deze bevatten stoffen die inwerken op de bacteriën waardoor de bacteriële basis wordt aangetast en er zo minder tandplak, en dus tandsteen zal ontstaan.

Bepaalde rassen hebben makkelijker tandproblemen dan andere rassen, dit is afhankelijk van de enzym-samenstelling in het speeksel en dit is erfelijk bepaald. Wanneer je al vóór het vijfde levensjaar van de hond te horen krijgt dat de hond last heeft van tandsteen of ontstoken tandvlees, heeft je hond vermoedelijk een slechte speekselsamenstelling en zullen verdere tandproblemen voorkomen moeten worden. Wacht niet met naar de dierenarts gaan wanneer de hond moeite krijgt met kauwen, het tandvlees bij de minste aanraking bloedt en/of er tanden los komen te zitten. Vermoedelijk is er al een gebitsreiniging nodig. Begin na de gebitsbehandeling met het opvolgen van de bovenstaande tips.

Nagels en voetzooltjes
De haartjes tussen de voetzooltjes dienen kort gehouden te worden. Wanneer deze te lang worden kan er makkelijker vuil in blijven hangen en dat kan leiden tot irritatie. We zien honden dan veel op de voetzolen bijten, naast irritatie kan ook stress de oorzaak zijn. Zoals sommige mensen op hun nagels bijten in stress-situaties, bijten sommige honden op de poten. Wanneer honden dit chronisch doen kan er een bruin-verkleuring van de vacht tussen de voetzooltjes ontstaan (bij een lichte vacht) door een bepaalde stof in het speeksel. De bruin-verkleuring kan geen kwaad maar we vinden graag een oplossing voor het probleem. Het kort houden van de vacht wordt vaak door de trimmer gedaan, indien je niet naar de trimmer gaat zul je hier zelf op moeten letten. Daarnaast zijn er bepaalde omstandigheden waarin het goed is om het een keer extra te doen. Bijvoorbeeld wanneer je met de hond in de sneeuw wilt gaan wandelen, het ijs zal zich anders ophopen in de vacht en er zullen zich bonken ijs tussen de zooltjes en tenen vormen wat zeer onprettig is voor de hond. Wanneer de hond extreem veel bijt en er is ook een rood-verkleuring van de huid tussen de voetzooltjes, neem dan contact op met je dierenarts. Mogelijk heb je dan te maken met een bacteriële of parasitaire besmetting.

Zolang een hond veel wandelt en de tenen goed gepositioneerd staan zul je weinig hoeven te doen aan de nagels. In onderstaande gevallen is nagelverzorging wel nodig.

  • De hond heeft enkele (of dubbele) Sint Hubertusklauwtjes/wolfsklauwtjes. ‘Normaal’ gesproken heeft een hond slechts vier tenen aan de achterpoten, maar soms zijn dit er meer of zien we een extra nagel. Helaas heeft dit ‘extraatje’ wel wat meer verzorging nodig. De nagel raakt de grond niet waardoor deze niet met het lopen zal afslijten. Veel honden houden deze nagel zelf kort door deze steeds af te bijten. Bij honden die dit niet doen (of steeds minder op latere leeftijd) zul je deze af moeten knippen om te voorkomen dat deze rond en in de huid groeit.
  • Een (oude) hond die te weinig beweegt of een hond die enkel op zachte bodem loopt. Hoe zie je of de nagels te lang zijn? Laat de hond op een gladde vloer staan en kijk of de nagels wel of niet de vloer raken. Je moet als het ware je eigen nagel er een beetje onder kunnen brengen. Wanneer de nagels een duidelijk steunpunt vormen en je er niet meer onder kunt met je nagel zijn de nagels te lang.

Het knippen kan gebeuren met een speciaal nagelschaartje voor dieren dat te koop is bij de dierenarts of dierenspeciaalzaak. De nagel van een hond is niet gelijk aan die van de mens, de hond heeft namelijk gedeeltelijk levend weefsel in de nagel zitten, het is belangrijk dat je hier niet in knipt. Wanneer de hond niet-gepigmenteerde nagels heeft kun je het levende weefsel duidelijk zien lopen (roze). Je houdt de nagel goed bij een lichtbron en je knipt een paar millimeter achter het punt waar je het levende weefsel ziet eindigen. Indien de hond zwarte nagels heeft is het lastiger, knip de nagels dan liever wat vaker dan dat je ze heel kort af knipt. Wanneer het toch een keer gebeurt dat je in het levend weefsel knipt, dep het dan af en doe er bij voorkeur wat betadine op om te voorkomen dat deze geïnfecteerd raakt. In de meeste gevallen heeft het dus weinig gevolgen voor de gezondheid, echter vinden honden nagels knippen in het algemeen onplezierig en wanneer dit een keer mis gaat zullen ze het de keer daarop als nog minder prettig ervaren.

De voetzooltjes hebben weinig verzorging nodig. Deze dienen enkel regelmatig gecontroleerd te worden op kloven en vreemde voorwerpen zoals glas en splinters. Wanneer je de hond meeneemt in situaties met extreem warm weer of wanneer de hond onverhoeds weken lang in de sneeuw moet lopen, smeer dan de zooltjes in met vaseline om deze te beschermen. Er zijn ook speciale crèmes beschikbaar die gesmeerd kunnen worden. Indien er al kloven zijn ontstaan behandel deze dan met jodium/betadine.

Aanleren
Een hond die nooit met controles in aanraking is geweest zal het per definitie niet fijn vinden. Het is daarom belangrijk al op jonge leeftijd deze controles te houden. Zie het als een deel van de socialisatie, ga er één keer per week even voor zitten. Pak er wat hondenkoekjes bij en kijk een keer in de oren en knip een keer wat haren weg ter hoogte van de voetjes. Beloon de hond telkens, de hond zal het als aangenaam gaan beschouwen. Het tandenpoetsen kan in stapjes worden aangeleerd, ga een keer met je vinger met tandpasta door de mond, laat de hond een keer wat tandpasta van de tandenborstel aflikken, enzovoort. Ga zo in stapjes steeds verder en verhoog de interval. Probeer het op te bouwen tot de hond 1 jaar oud is, vanaf dat moment is het belangrijk dat het dagelijks of om de dag gebeurt en je ook de volledige bek kunt poetsen.

Tot slot
We hebben nu alle aspecten met je doorgenomen die aan de basis liggen voor een juiste controle. Naast deze standaard controle is het belangrijk dat je de hond altijd goed controleert op veranderingen in de vacht, huid en op onderhuidse bollingen, teken, vlooien, enzovoort. Ga met een jonge of nieuwe hond zeker aan de slag om de hond aan de controles en handelingen te laten wennen. Veel succes, goed handelen kan je een hoop problemen en onkosten besparen.

Geef je reactie op dit artikel